Oost Queensland
Wederom de hoogste tijd om iedereen op de hoogte te brengen van onze belevenissen in de maand mei. We waren gebleven bij 5 mei, toen we via de Glass House Mountains naar Cedar Pocket zijn gereden. Onderweg hebben we wat stops bij uitzichtpuntjes gemaakt en kwamen we deze mooie varaan tegen.
Een uitzichtje op een paar van de Glass house mountains.
En een ander uitzicht met een panorama van alle Glass house mountains. Mooi gebied en niet zo toeristisch / druk.
Vervolgens kwamen we aan in Cedar Pocket, een plaatsje in de middle of boerenland, zonder tv of telefoon ontvangst. We zaten in een huisje op het terrein van een oudere man, die geboren was in Duitsland, met zijn Philippijnse vrouw. Het was allemaal vrij krap, geen woonkamer of bank. Maar de eigenaren deden hun uiterste best om het ons naar de zin te maken en ze namen hun taak als gastheer en gastvrouw van airbnb zeer serieus. We kregen champagne als welkomstdrankje en werden uitgenodigd voor een zelfgekookte Chinese maaltijd. Het eten was zeker lekker, maar verder was het een wat bijzonder, hoewel vriendelijk stel.
Bij ons huisje zaten ’s avonds heel veel van deze vriendelijke groene kikkers.
Vanaf Cedar Pocket zijn we op 6 mei als dagtrip naar Noosa National park gegaan. Dat was op zich een leuk park om te wandelen, maar het was er verschrikkelijk druk en parkeren was een drama. Het is vooral een surfers paradise en mensen komen er om aan het strand te liggen bakken, te surfen of te trouwen. Wij gingen voor de vierde optie: wandelen.
De wandeling door het nationale park werd nogal zwaar gepresenteerd, maar stelde niet zoveel voor qua moeilijkheid. Helaas hebben we ook niet veel dieren gevonden, behalve 1 kleine slang. Spot the monkey! Of nou ja, slang dus.
Dit is hem in ingezoomde (zij het wat wazige) variant.
Een uitzicht op een baai van Noosa.
Hells Gate, een ruige inham in de rotsen, waar je in het juiste seizoen schildpadden, dolfijnen en walvissen zou kunnen zien. Vandaag was het alleen water. Ook leuk.
De volgende dag stond Cooloola op de planning. Daar heb je een rainbow beach met gekleurd zand. Misschien hadden we niet het juiste licht of keken we niet goed, maar zo kleurrijk als we het hadden verwacht hebben we het niet gezien. Het was wel een leuk contrast met Noosa, lekker rustig, parkeerplaatsen genoeg, en gewoon een relaxed strand om te hangen en voor Tiaz om een middagje te spelen.
Op 9 mei hadden we een lange reisdag van Cedar Pocket naar Rockhampton.
Op 10 mei zijn we Rockhampton gaan verkennen en kwamen we uit bij een gratis dierentuin. Als het gratis is, kan het vast niet veel zijn, zou je denken. Maar het was verrassend leuk, mooi aangelegd en nog best groot. Er waren zelfs chimpansees en krokodillen. Genoeg te zien in ieder geval om lekker rustig rond te struinen.
Vervolgens zijn we naar de botanical gardens en nog een ander pakje gegaan, zodat Tiaz na de lange autorit van de dag ervoor even lekker kon rennen, klimmen en springen in de speeltuinen.
Bij de botanische tuinen zaten deze kleurrijke, maar brutale vogels bij het café te azen op zakjes suiker en andere eetbare dingen om van tafel te pikken.
De dag erna hebben we onze reis naar het noorden voortgezet van Rockhampton naar Mackay (de locals spreken dat uit als Mukói). Hoe noordelijker we komen hoe meer moeite we trouwens hebben om de locals te verstaan. Het wordt steeds binnensmondser en met dialect dat af en toe net zo goed Chinees of Spaans zou kunnen zijn. Soms zijn we blij als we 1 woord in de zin kunnen volgen.
We stopten onderweg voor koffie in Clearview, een dorpje van niks en 1 hele straat lang met 6 huizen. De koffie was een vreselijk slappe bak oplosbocht, gemaakt door een oud dametje van het dorpshuis, waar ook derdehands meuk en zelfgemaakte jams en freubelwerkjes van de andere 5 oude dames uit het dorp werden verkocht. Maar ze hadden wel een mooi strand met een clear view op mooi uitzicht.
In Mackay hadden we het beste huis van onze reis tot nu toe. Een enorm traditioneel Queensland huis, uit 1938, met 3 slaapkamers en een heleboel extra ruimtes, tuin, balkon en alle luxe die je maar kunt bedenken. Heerlijk contrast met zo’n krap hutje als we in Cedar Pocket hadden (en voor ongeveer dezelfde prijs). Ideale locatie om even een rustdag (of in Marks geval: werkdag) in te plannen.
Mackay zelf had een paar leuke plekjes, waaronder het strand.
Er stond een waarschuwing voor krokodillen, maar ze worden zelden gezien hier en we hebben naar ze uitgekeken, maar geen spoor van ze ontdekt (maar het dan weer niet uitgetest door in het water te gaan staan).
Er loopt een leuke wandelroute door Mackay heen, langs de rivier, het strand en mooie velden. Dus daar hebben we lekker in de zon gewandeld en onze gps spelletjes gespeeld :-).
Vervolgens werden we in Mackay gebeld door onze autoverhuurder Budget, die ons doodleuk vertelde dat onze huurauto verkocht is. En of we die even zo snel mogelijk komen inleveren in Melbourne, want de dealer wil hem hebben….
Uhm… jullie hebben toch ons contract, waarin staat dat wij op 3 juni de auto inleveren in Cairns?? Nee, we zijn niet bij Melbourne in de buurt nee. En we zien het ook niet zo zitten om weer een hele dag kwijt te zijn met bellen en een nieuwe auto regelen met Budget. Want ja, het zijn allemaal franchisers en het is niet zo gemakkelijk om in Queensland een nieuwe auto op te pikken, als Melbourne de oorspronkelijke verhuurder is.
Tja, Budget was wel zo vriendelijk om te erkennen dat ze niet onze vakantie wilden verpesten. Toch aardig. Maar ze zouden binnen 1 of 2 dagen terugbellen met een plan van aanpak. Dan moesten we ergens de auto inleveren en zouden wij een nieuwe krijgen. Ze moeten nu nog bellen, dus we hopen dat ze zelf ook hebben ingezien dat het inmiddels al bijna 3 juni is en het waarschijnlijk meer rendabel voor ze is om te wachten tot die tijd.
Wij hebben ons er maar niet door laten tegenhouden om verdere plannen te maken, accommodaties te boeken en verder te reizen. Klantenservice en administratie van Budget scoort geen hoge punten.