We zijn weer in afgelegen gebieden gekomen, waar het internet zeer beperkt is. Op 22 mei zijn we in Cairns aangekomen, waar het de hele dag enorm slecht weer was. Achteraf bleek dat we nog geluk gehad hebben, want dit was slechts nog een staartje van extreme regenbuien, die voor veel overstromingen hebben gezorgd in het noorden van Queensland, wat volgens de locals een uitzondering is voor deze tijd van het jaar. Maar het staartje zorgde alsnog voor een paar dagen treurige bewolking en af en aan buien, waardoor we niet bijzonder veel hebben kunnen doen in de omgeving van Cairns.
We zaten daar op een camping, wat weer een prachtig contrast was met onze onderkomens op Magnetic Island. Het goeie nieuws was dat we een mooi groot terras hadden, met een grote gasbarbecue, wat bijzonder is om voor jezelf te hebben op een camping. Maar het huisje zelf was klein, benauwd en donker (weinig ramen) en van de drie ramen die er waren, kon er maar 1 open. Dat is op zich te overleven, maar het vervelendste was dat er een grote kakkerlakkenkolonie was, met name in de badkamer. Het was duidelijk een nest, want ze zaten er in alle mogelijke groottes en ze kwamen overal vandaan. We hadden een spray en hebben alle putjes afgedekt, maar dan nog bleven ze komen.
Het internet dat we kregen was 100mb met onwerkbare snelheid, dus daar konden we weinig tot niets mee. Het heeft daarom even geduurd voor we weer wat konden laten horen.
Maar we hebben natuurlijk niet stilgezeten. Dus we gaan verder waar we gebleven waren in Magnetic Island. Daar zijn we op 20 mei op verkenningstocht gegaan in Horseshoe Bay en vervolgens gewandeld naar Radical Bay, waar je alleen te voet kunt komen.
Die wandeling viel flink tegen. Het was op het heetst van de dag en we gingen op weg met een afgeladen kinderwagen. Al snel bleek dat we konden kiezen tussen een rotsachtig klimpad of over het strand in rul zand. Beide opties waren niet geschikt voor een kinderwagen, dus die hebben we maar teruggebracht naar de auto. Poging twee was met 14 kilo kind en een rugzak met proviand en strandspullen op de rug, over een pad wat een enorme klim over rotsen bleek te zijn. Een verkoelende duik in de zee is zelden zo lekker en verdiend geweest als na die wandeling. Als je dan denkt dat je het strand voor je alleen hebt, omdat weinig mensen die wandeling doen, dat valt dan weer tegen, het was er nog verrassend druk. Maar het was een leuk strandje (zie hieronder). Hierboven staat de berg waar we overheen moesten klimmen.
Bij het huisje zaten regelmatig kookaburra’s.
Op de laatste dag op Magnetic Island zijn we gaan wandelen van Arcadia naar Nelly Bay, een wandeling van ongeveer 2,5 uur door de jungle. We hoopten nu toch echt 1 van de 800 (!!!) koala’s die er zouden moeten zitten te kunnen zien. En dat is dan toch nog gelukt. Hij zat hoog in een boom, verstopt achter bladeren en was in diepe slaap, maar het blijven leuke pluizige beestjes.
Verder kwamen we nog een mooie harige spin tegen, formaat hand.
Tot onze verbazing kwamen we ook een grote zwarte kat tegen, die we iets verderop in de jungle zagen zitten. Katten zijn geen inheemse diersoort op het eiland en zouden een gevaar zijn voor de inheemse dieren als koala’s en possums en andere kleine knaagdieren. Toen we gingen googlen kwamen we wat informatie tegen dat er slechts heel zelden, jaren geleden voor het laatst, een katachtige is gezien op Magnetic Island en mensen dachten vanwege de grootte aan een zwarte panter. Het werd het mysterie van Magnetic Island genoemd en er is geprobeerd om hem te vangen. Niemand weet hoe het beest er gekomen is en hoeveel er zijn. Het lijkt ons geen panter, maar meer een gewone, maar grote, wilde kat. Misschien wel maar goed dat hij op een afstandje was. Hebben we toch nog iets zeldzaams gezien daar.
Een uitzicht op Alma Bay.
Na onze lange reis van Magnetic Island naar Cairns zijn we op 23 mei naar Kuranda gegaan en zijn daar bij de Barron Falls uitgekomen. Het was een regenachtige dag, dus we hadden alleen een kleine onderwatercamera bij ons, maar waren verrast door de spectaculaire grootte van de waterval. Eindelijk een waterval met veel water erin, de mooiste die we tot nu toe hadden gezien. Dus we dachten, als het nou over een paar dagen mooier weer is, gaan we terug met de grote camera.
Maar helaas, na 3 dagen was dit het enige wat er van overgebleven was… Wat een teleurstelling!
Bij ons kakkerlakkenhuisje op de camping vonden we dit mooie stukje slangenhuid op het hek rondom ons terras. Helaas hebben we de bijbehorende slang niet gevonden. Hoewel het dan weer wel fijn is dat we die niet in ons huisje of nog erger, in het bed, tegen zijn gekomen.
Onze camping was bij Lake Placid, waar een recreatiegebied bij ligt, waar mensen raften, kajakken, suppen (staand peddelen op een surfplank), vissen en zwemmen.
Wij vonden het er niet zo heel aantrekkelijk uitzien om in te duiken…
Een andere waterval van de Barron Gorge.
Het uitzicht vanaf Ross Lookout.
Vier regenachtige dagen, vele kakkerlakken en een mierennest in de auto later, vonden we het niet heel erg om Cairns achter ons te laten en verder te trekken naar Cow Bay, via Port Douglas en Mossman.
Port Douglas was niet helemaal zoals we verwachtten en was vooral een volgestampt hotel en resort dorp aan een lang, wit strand met palmen (de four mile beach). Hartstikke leuk, maar niet ons ding. Er was een lookout over de baai en veel meer was er niet te beleven.
We waren dus blij dat we onze weg konden vervolgen naar de Mossman Gorge. Dat is een mooi natuurgebied, waar we nog uren hadden kunnen wandelen, maar na 1,5 uur moesten we weer terug naar de auto om nog voor het donker aan te komen in Cow Bay.